Schilderijen.
Jaren 1900.
Filippijnen.
Geboren in 1942 en overleden in 1982.
Opgegroeid binnen een voorname artistieke familie in Bulacan, een provincie ten Noorden van Manilla, Filippijnen. Na korte studies aan de universiteit van Santo Tomas wordt hij leerling van zijn oom Cesar Buenventura die gedurende de jaren 1960 op het summum was van zijn artistieke loopbaan als meester schilder van impressionistische landschappen.
Alfredo Buenventura gebruikte een paletmes teneinde een emotionele expressie teweeg te brengen, verzacht door een impressionnisme geleerd van zijn oom Cesar.
Alzo gaf hij « een eerder modernistisch beeld aan traditionele taferelen » (Dr. David Wurfel).
Alfredo Buenventura is overleden aan een hartziekte korte tijd voor zijn veertigste verjaardag.
Zijn schilderijen maken deel uit van private collecties in de Verenigde Staten, Spanje, Frankrijk, de Filippijnen, alsmede van de publieke collectie van het « York Centre for Asian Research ».
Portret schilderij.
1838.
België.
In 1813 in Brugge geboren, en aldaar gestorven in 1891.
Was kunstschilder, tekenaar, en van 1855 tot 1886 Directeur van de Academie voor Schone Kunsten van
Brugge.
Als kunstschilder legde hij zich toe op taferelen uit de geschiedenis van Brugge, religieuze onderwerpen, en voornamelijk portretten.
Hij kreeg zijn opleiding aan de academies van Brugge en Antwerpen.
Daarnaast volgde hij lessen bij J. Geirnaert (1790-1859) in Gent.
Tussen 1835 en 1839 verbleef hij in Parijs.
Hij volgde er onder meer lessen bij Albert Gregorius en Antoine-Jean Gros.
Zijn meesterkunst in het portretschilderen werd voornamelijk bijgebracht en beïnvloed door Antoine-Jean Gros, zelf een leerling van Louis David.
Louis David had een 40-tal leerlingen waaronder Girodet, Gérard, Gros en Ingres de meest beroemden werden door het doordrijven van de kunst van Louis David.
Louis David zelf was gevormd aan de Parijse Académie Royale de Peinture et de Sculpture, en werd lid van deze Académie Royale.
De werken van Louis David, van zijn meest beroemde leerlingen en hun volgelingen, zijn buiten privé-collecties, tentoongesteld in de meest prestigieuze musea in de Verenigde Staten en Europa, waarvan het merendeel in het Musée du Louvre.
Na hofschilder onder Napoléon Bonaparte te zijn geweest zocht David onder Louis XVI asiel in België.
Hij zette er zijn artistieke aktiviteiten voort tot zijn dood in 1825.
Hijzelf zijnde van adel, zijn introducties bij vele van de aristocratische families doorheen Europa (zo was hij een grote vriend van Henri-Claude Greindl en is het portret van diens broer Joseph Greindl aan Louis David toegeschreven), alsmede de bindingen met zijn leerlingen en hun volgelingen hebben geleid tot het zich uitstrekken tot ver buiten Parijs van zijn meesterlijke kunst.
Edouard Auguste Wallays is een van de meest getalenteerde portretschilders van deze school van Louis David.
Portret schilderij van barones Greindl, geboren Eléonore
Foulle, geboren in 1799 en overleden in 1884.
Echtgenote van baron Léonard Greindl, generaal van het Belgisch leger en Minister van Oorlog.
Léonard Greindl nam op 18 juni 1815 deel aan de slag bij
Waterloo onder de Nederlands-Belgische rangen onder het commando van de Prins van Oranje.
In 1830 komt hij in militaire dienst naar Belgische zijde toe, en het is aan Léonard Greidl dat het Nederlandse garnizoen van de vesting van Charleroi zich op 5 oktober overgeeft.
Hij verkreeg dat de stad met al het aanwezige oorlogsmateriëel door de Nederlanders werd overgeleverd.
De Nederlandse soldaten lieten hun wapens achter in het arsenaal, en de Belgische soldaten die niet in dienst van Nederland wensten te blijven konden terug huiswaarts keren.
Hij heeft uiteindelijk deelgenomen aan alle campagnes tegen Nederland van 1830, 1831, 1832, 1833 en 1839.
Schilderij.
Jaren 1900.
Italië.
Geboren in 1902 en afgestudeerd cum laude aan de Academie voor Schone Kunsten van Napels.
Prix de Paris in 1925, Prix de Monteforte in 1927, en andere artistieke onderscheidingen.
Aquarel vrouwelijk naakt.
Jaren 1900.
Zoersel (België).
Internationale Prijs voor Aquarel Schilderen van Japan in 1962, en Prijs van het Ministerie van Cultuur van België in 1964.
Schilderijen.
Jaren 1900.
Nederland.
Geboren te Hilversum (Nederland) in 1907.
Laureaat van de Koninklijke Subsidie voor de Schilderkunst Koningin Juliana (Nederland).
Giltay heeft tentoongesteld in het Stedelijk Museum van Amsterdam, het Concertgebouw van Brugge, het Casino van Blankenberge, in Parijs, alsmede in de Verenigde Staten.
Schilderij.
Jaren 1900.
België.
Geboren in Sint-Gillis (Brussel) in September 1876 in een groot gezin waar hij de enige zoon is. Zijn vader was meubelmaker. Piepjong toont hij talent voor tekenen.
Hij volgt de avondles van de Academie van Sint-Gillis waar hij in 1905 de zilveren medaille behaalde, en goud in 1907.
Hij blijft niet exclusief bij de menselijke figuur (favoriet onderwerp van deze cursussen), maar maakt zich snel op voor een gepassioneerde studie van het landschap volgens lichte variaties en veranderingen in het maanlicht en een lichte zonnegloed door variabele nuances van dagelijkse en seizoensgebonden cyclussen.
Hij maakt studiereizen in Italië, Frankrijk en Duitsland, en is natuurlijker- wijze aangetrokken door het bezoek van prestigieuze musea.
Echter kwam daar ook een teleurstelling bij. In Italië schreef hij “ik kon niet lang in deze kamers of donkere kerken blijven, zo erg dat ik aangetrokken was door het licht".
Zijn ontwikkeling naar licht en kleuren met eigen persoonlijke theoriën deelde hij met medewerking van natuurkundigen. Het leidde tot een specifieke tentoonstelling in 1919.
Vanaf 1906 nam hij deel aan diverse collectieve tentoonstellingen : de Triënnale van Namen, in Luik, Antwerpen, de Artistieke Cirkel in Brussel, en de Beurs van Tunis. Ook persoonlijke tentoonstellingen bleven regelmatig vanaf 1910. De eerste heeft plaats in de Cercle Artistique du Waux-Hall in Brussel.
Jean-Louis Minne doorkruist het Brabandse platteland en staat stil in de nabijheid van landbouwbedrijven, boeren op het werk, kinderen, huisdieren en landschappen.
Het is echter voornamelijk het bos dat Jean-Louis Minne inspireert. Hij wil harmonie, ritme en monumentaliteit verwerken. Sander Pierron kwalificeerde hem in zijn werk "Geschiedenis van het Zoniënwoud" als “de Cantor" van het bos.
De kunstenaar in Ukkel.
Het is zonder twijfel zijn liefde voor het bos dat hem er in 1920 toe leidde Sint-Gillis te verlaten voor een klein huis in Fort-Jaco (Ukkel).
In 1923, pas getrouwd, sterft zijn jonge vrouw enkele dagen na de bevalling van zoon José, architect en eveneens meester schilder.
Het huis in Fort-Jaco (Avenue Victor Emmanuel III) waar hij de rest van zijn leven tot zijn dood in 1951 heeft doorgebracht is een strategische locatie en voedingsbodem gebleven aan de rand van zijn geliefde bos.
Jean-Louis Minne is de uitdrukkelijke subtiele emotie gebleven van alnaargelang de seizoenen zonnig of gekleurde bosdreven, of van het hart van hoge bossen met een onontwarbare vegetatie.
Een overzichtstentoonstelling van zijn werk werd gepresenteerd in Brussel, Galerie Lautrec, in 1956.
De gemeente Ukkel gaf in 1962 aan Jean-Louis Minne een eerbetoon in het Cultureel Centrum.
Schilderij.
Jaren 1900.
Italië.
Geboren te Marsala in 1935, en gediplomeerd van de Liceo Artistico di Palermo, van de Studio di Cesare Monti te Milaan, en van de Accademia libera del Nudo te Rome.
Heeft tentoongesteld in Milaan, Agrigento, Acitrezza, Palermo, Trapani, Rome, Messina, Catania, Trecastagni, Marsala, en Cagliari.
Gouden Medaille van Tivoli 1961, Derde Nationale Schiderprijs « Citta di Marsala » in 1962, en Zilveren Schotel van de Prijs « Custonaci » in 1965.
Schilderij.
Jaren 1900.
Italië.
Gediplomeerd van de Faculteit van Plastische Kunsten van Sao Paulo, van de Watford School of Arts van Londen, en de Ecole Nationale des Beaux-Arts van Parijs.
Di Villiani heeft tentoongesteld in het Musée des Beaux-Arts van Agen (1997), bij de Stichting Peter und Irene Ludwig te Aken, in de Passage de Retz te Parijs (1998), aan de Pinacoteca del Estado van Sao Paulo, aan de Casa França-Brasilvan Rio de Janeiro, aan Credac van Ivry-sur-Seine (2004), aan het Centrum voor Hedendaagse Kunst van Montbéliard (2005), aan de Galerij Laage-Salomon, aan de Galerij Jacqueline Moussion, aan het Maison de l’Amérique latine te Parijs, aan het Kunst Museum van Sao Paulo (1987), aan het FIAC (2002, 2005), aan het Modernidade, Don’t call it performance, aan het Museum Koningin Sofia van Madrid (2002), aan het Museo del Barrio van New York (2004), aan het Fri-Art van Freiburg, aan de Art concret van de Fondation Daniela Chappard de Biarritz, aan de Vivre Paris in de Espace Electra, en de Stichting EDF van Parijs.
Schilderij « Le Calme du Soir ».
Jaren 1800.
België.
Van der Weyden wordt grotendeels in verband gebracht met het artistieke leven van de eeuwwisseling 1899/1900 in Parijs en Londen.
Harry van der Weyden, hoewel geboren in Boston (8 September 1868) was geen een product van de School van Boston.
In plaats daarvan, toen hij negentien was, bekwam hij een beurs en ging studeren aan de Slade School in Londen.
Misschien was hij verwant aan de Vlaamse oude meester
Rogier van der Weyden.
Het schooljaar 1890-91 bracht hij door aan de Académie Julian in Parijs, samen met ondermeer Jean-Paul Laurens, Benjamin Constant en Jules-Joseph
Lefebvre.
Vanaf het Salon van Parijs van 1891 volgen zijn tentoonstellingen zich op.